0 BEGIN PGM 81902_NL MM 1 ;NC-programma waarmee een meetcyclus op de 2 ;actuele gereedschapspositie wordt uitgevoerd. 3 ;Dit kan eventueel noodzakelijk zijn wanneer 4 ;de cyclus op bepaalde posities met een 5 ;cyclusoproep moet worden uitgevoerd. Daartoe 6 ;kunt u dit programma in een cyclus12 7 ;definiëren en vervolgens met een CYCL CALL 8 ;of M99 opgeroepen. 9 ; 10 ;Wachten op synchronisatie van NC en PLC, 11 ;zodat de positie definitief is bereikt, 12 ;voordat het programma verder werkt. 13 FN 20: WAIT FOR SYNC 14 ; 15 ;Uitlezen van de actuele positie van de X-as 16 ;en opslaan van de waarde in Q1 17 FN 18: SYSREAD Q1 = ID270 NR1 IDX1 18 ; 19 ;Uitlezen van de actuele positie van de Y-as 20 ;en opslaan van de waarde in Q2 21 FN 18: SYSREAD Q2 = ID270 NR1 IDX2 22 ; 23 ;Definitie van de meetcyclus op de actuele 24 ;positie. 25 TCH PROBE 421 METEN BORING ~ Q273=+Q1 ;MIDDEN 1E AS ~ Q274=+Q2 ;MIDDEN 2E AS ~ Q262=+25.2 ;NOMINALE DIAMETER ~ Q325=+0 ;STARTHOEK ~ Q247=+90 ;HOEKSTAP ~ Q261=-5 ;MEETHOOGTE ~ Q320=+0 ;VEILIGHEIDSAFSTAND ~ Q260=+20 ;VEILIGE HOOGTE ~ Q301=+0 ;VERPL.VEILIGH.HOOGTE ~ Q275=+0 ;MAXIMALE MAAT ~ Q276=+0 ;MINIMALE MAAT ~ Q279=+0 ;TOLERANTIE 1E MIDD. ~ Q280=+0 ;TOLERANTIE 2E MIDD. ~ Q281=+1 ;MEETPROTOCOL ~ Q309=+0 ;PGM-STOP BIJ FOUT ~ Q330=+0 ;GEREEDSCHAP ~ Q423=+4 ;AANTAL KEREN TASTEN ~ Q365=+1 ;TYPE VERPLAATSING 26 ; 27 ;Openen van de tabel waarin moet worden geschreven 28 FN 26: TABOPEN 81903_nl.pnt 29 ; 30 ;Schrijven van de meetresultaten naar de tabel 31 FN 27: TABWRITE Q0 /"X" = Q151 32 FN 27: TABWRITE Q0 /"Y" = Q152 33 ; 34 ;Teller verder rekenen Q0 = Q0 + 1 35 END PGM 81902_NL MM